Gebroed betekenis
broed Verbuigingen: gebroedje (verkleinwoord) 1) zich voortplantend ongedierte Voorbeeld: 'Dat hele gebroed moet uitgeroeid, anders houd je problemen.' 2) gespuis. gebroed n (uncountable) brood, hatch, spawn Synonym: broedsel; hatched offspring children, youth in general riffraff, motley of people, scum Synonym: gespuis. Gebroed betekenis gebroed o., 1. eig. (van vogels) de gezamenlijke uitgebreide jongen, het broedsel; (bij uitbreiding) jong gedierte; (oneig.) kleine kinderen, jong volkje; (scherts.) iemands —, zijn kinderen; 2.
Nakomelingen nakomeling m (plural nakomelingen, diminutive nakomelingetje n) descendant, offspring.
Gebroed synoniem
Woorden die (ongeveer) hetzelfde betekenen als ‘gebroed’, met toelichting en mogelijkheden om verder te zoeken. broed Verbuigingen: gebroedje (verkleinwoord) 1) zich voortplantend ongedierte Voorbeeld: 'Dat hele gebroed moet uitgeroeid, anders houd je problemen.' 2) gespuis. Synoniemen: broed broeden broedsel geboefte gespuis jong gedierte kinderen kroost nageslacht nakomelingen s.- Gebroed synoniem Synoniemen van gebroed. broed; broeden; broedsel; geboefte; gespuis; jong gedierte; kinderen; kroost; nageslacht; nakomelingen; schorriemorrie; telgen; tuig; uitschot; Puzzelomschrijvingen van gebroed: Broedsel; Een menigte schadelijke diertjes; Geboefte; Gepeupel; Gespuis; Het broedsel; Jong gedierte; Jong volkje; Jongen van schadelijke dieren.